Het blijft in de Italiaanse taal lastig waar de klemtoon ligt bij een woord. In de regel ligt deze op de voorlaatste lettergreep, maar dit is niet altijd het geval. Bijvoorbeeld bij agile (lenig) ligt de klemtoon op de a, bij difficile (moeilijk) ligt de klemtoon op de tweede i.
Niet alleen bij zelfstandige naamwoorden is het lastig, maar ook bij werkwoorden en dan met name de zij-vorm meervoud ‘loro’.
 
Een tip!!!
 
Spreek altijd voor jezelf de ik-vorm uit, hierbij is de klemtoon duidelijk. Bij de zij-vorm meervoud is de klemtoon hetzelfde.
 
Esempi:
* abitare (io) abito (loro) abitano
de klemtoon ligt bij de ik-vorm op de eerste a en dus ook bij loro (dus niet op -ano).
 
* lavorare (io) lavoro (loro) lavorano
de klemtoon ligt bij de ik-vorm op de eerste o, na de v, en dus ook bij loro (niet op -ano).
 
* scrivere (io) scrivo (loro) scrivono
Bij beide vervoegingen ligt de klemtoon op de i.
 
* pulire (io) pulisco (loro) puliscono
Bij beide vervoegingen ligt de klemtoon op de i.
 
Bij de jij, hij, zij, u-vorm (tu, lui, lei Lei) is de klemtoon hetzelfde als bij de ik-vorm.
Bij de wij en jullie-vorm ligt de klemtoon altijd achteraan, dus op -iamo en -ate (-ete, -ite).
Abitiamo, lavoriamo, scriviamo, puliamo.
Abitate, lavorate, scrivete, pulite.
 
Probeer het nu zelf!
Waar ligt volgens jou de klemtoon bij:
imparano en studiano?